In this lesson, you will learn the Dutch terms related to renting an apartment. This includes vocabulary for discussing lease agreements, utilities, and communicating with landlords, making your rental experience smoother.
Uitzetting
Opzegtermijn
Waarborgsom
Huurvervaldatum
Vroegtijdige beëindiging
Goedkeuring van de verhuurder
Huurcontract
Huisdierenbeleid
Huisregels
Ingangsdatum
Parkeerplaats
Vastgoedbeheerder
Vertrekdatum
Ingangsinspectie
Huurverlenging
Appartement tour
Aanvraagkosten
Appartement
Inclusief nutsvoorzieningen
Onderhoud
Onderverhuur
Contract
Huurverhoging
Maandelijkse huur
Huurperiode
Ongemeubileerd
Gemeubileerd
Nutsvoorzieningen
Borg
Verhuurder
Huurder
Huurcontract
Huur
Eviction
Notice period
Security deposit
Rent due date
Early termination
Landlord approval
Rental agreement
Pet policy
House rules
Move-in date
Parking space
Property manager
Move-out date
Move-in inspection
Lease renewal
Apartment tour
Application fee
Apartment
Utilities included
Maintenance
Sublet
Contract
Rent increase
Monthly rent
Lease term
Unfurnished
Furnished
Utilities
Deposit
Landlord
Tenant
Lease
Rent
Uitzetting
Eviction
Opzegtermijn
Notice period
Waarborgsom
Security deposit
Huurvervaldatum
Rent due date
Vroegtijdige beëindiging
Early termination
Goedkeuring van de verhuurder
Landlord approval
Huurcontract
Rental agreement
Huisdierenbeleid
Pet policy
Huisregels
House rules
Ingangsdatum
Move-in date
Parkeerplaats
Parking space
Vastgoedbeheerder
Property manager
Vertrekdatum
Move-out date
Ingangsinspectie
Move-in inspection
Huurverlenging
Lease renewal
Appartement tour
Apartment tour
Aanvraagkosten
Application fee
Appartement
Apartment
Inclusief nutsvoorzieningen
Utilities included
Onderhoud
Maintenance
Onderverhuur
Sublet
Contract
Contract
Huurverhoging
Rent increase
Maandelijkse huur
Monthly rent
Huurperiode
Lease term
Ongemeubileerd
Unfurnished
Gemeubileerd
Furnished
Nutsvoorzieningen
Utilities
Borg
Deposit
Verhuurder
Landlord
Huurder
Tenant
Huurcontract
Lease
Huur
Rent