Family conversations often involve a unique set of phrases and expressions. This lesson provides you with the vocabulary needed to communicate effectively with family members in Dutch. From discussing daily routines to sharing family news, you'll be prepared for various family interactions.
Heb je meer tijd nodig om te studeren?
Kun je mijn kleren uit de wasmachine halen?
Wat is je favoriete liedje op dit moment?
Wil je morgen met me gaan winkelen?
Reis je graag? Waar zou je de volgende keer naartoe willen?
Wat is het beste advies dat je me hebt gegeven?
Waar ben je trots op?
Wil je met me naar de sportschool?
Wat wil je morgen doen?
Hoe kun je je prestaties op school verbeteren?
Hoe kan ik je vandaag helpen?
Wil je een familieproject samen doen?
Kun je me helpen met tuinieren?
Hoe kun je je relatie met je broers en zussen verbeteren?
Wat is de beste vakantie die we samen hebben gehad?
Wat is je favoriete liedje op dit moment?
Wat is het beste advies dat je ooit hebt gekregen?
Hou je van kunst? Wie is je favoriete kunstenaar?
Wat is je droombaan?
Wil je vanavond een bordspel spelen?
Heb je hulp nodig bij het bereiden van het avondeten?
Wat doen we dit weekend?
Hoe was school vandaag?
Wat wil je vanavond op tv kijken?
Heb je je huiswerk af?
Wil je een familie wandeling maken?
Hoe was je reis?
Wat is je favoriete boek de laatste tijd?
Hoe was je dag op het werk?
Wat is je favoriete film om met je familie te kijken?
Hoe gaat het vandaag met oma?
Wat wil je morgen voor het avondeten?
Kunnen we het hebben over plannen voor de zomervakantie?
Wat zijn je grootste prestaties dit jaar?
Hoe was je weekend?
Heb je iets nodig uit de supermarkt?
Hou je van toetje?
Do you need more time to study?
Can you bring my clothes from the washing machine?
What is your favorite song right now?
Do you want to go shopping with me tomorrow?
Do you like traveling? Where would you like to go next?
What is the best advice you have given me?
What is something you are proud of?
Do you want to join the gym with me?
What do you want to do tomorrow?
How can you improve your performance at school?
How can I help you today?
Would you like to do a family project together?
Can you help me with the gardening?
How can you improve your relationship with your siblings?
What is the best vacation we had together?
What is your favorite song right now?
What is the best advice you have ever received?
Do you like art? Who is your favorite artist?
What is your dream job?
Would you like to play a board game tonight?
Do you need help preparing dinner?
What are we doing this weekend?
How was school today?
What do you want to watch on TV tonight?
Have you finished your homework?
Would you like to go for a family walk?
How was your trip?
What is your favorite book these days?
How was your day at work?
What is your favorite movie to watch with family?
How is grandma today?
What do you want for dinner tomorrow?
Can we talk about summer vacation plans?
What are your biggest accomplishments this year?
How was your weekend?
Do you need anything from the grocery store?
Do you like dessert?
Heb je meer tijd nodig om te studeren?
Do you need more time to study?
Kun je mijn kleren uit de wasmachine halen?
Can you bring my clothes from the washing machine?
Wat is je favoriete liedje op dit moment?
What is your favorite song right now?
Wil je morgen met me gaan winkelen?
Do you want to go shopping with me tomorrow?
Reis je graag? Waar zou je de volgende keer naartoe willen?
Do you like traveling? Where would you like to go next?
Wat is het beste advies dat je me hebt gegeven?
What is the best advice you have given me?
Waar ben je trots op?
What is something you are proud of?
Wil je met me naar de sportschool?
Do you want to join the gym with me?
Wat wil je morgen doen?
What do you want to do tomorrow?
Hoe kun je je prestaties op school verbeteren?
How can you improve your performance at school?
Hoe kan ik je vandaag helpen?
How can I help you today?
Wil je een familieproject samen doen?
Would you like to do a family project together?
Kun je me helpen met tuinieren?
Can you help me with the gardening?
Hoe kun je je relatie met je broers en zussen verbeteren?
How can you improve your relationship with your siblings?
Wat is de beste vakantie die we samen hebben gehad?
What is the best vacation we had together?
Wat is je favoriete liedje op dit moment?
What is your favorite song right now?
Wat is het beste advies dat je ooit hebt gekregen?
What is the best advice you have ever received?
Hou je van kunst? Wie is je favoriete kunstenaar?
Do you like art? Who is your favorite artist?
Wat is je droombaan?
What is your dream job?
Wil je vanavond een bordspel spelen?
Would you like to play a board game tonight?
Heb je hulp nodig bij het bereiden van het avondeten?
Do you need help preparing dinner?
Wat doen we dit weekend?
What are we doing this weekend?
Hoe was school vandaag?
How was school today?
Wat wil je vanavond op tv kijken?
What do you want to watch on TV tonight?
Heb je je huiswerk af?
Have you finished your homework?
Wil je een familie wandeling maken?
Would you like to go for a family walk?
Hoe was je reis?
How was your trip?
Wat is je favoriete boek de laatste tijd?
What is your favorite book these days?
Hoe was je dag op het werk?
How was your day at work?
Wat is je favoriete film om met je familie te kijken?
What is your favorite movie to watch with family?
Hoe gaat het vandaag met oma?
How is grandma today?
Wat wil je morgen voor het avondeten?
What do you want for dinner tomorrow?
Kunnen we het hebben over plannen voor de zomervakantie?
Can we talk about summer vacation plans?
Wat zijn je grootste prestaties dit jaar?
What are your biggest accomplishments this year?
Hoe was je weekend?
How was your weekend?
Heb je iets nodig uit de supermarkt?
Do you need anything from the grocery store?
Hou je van toetje?
Do you like dessert?
